Ineens zit je daar bij de spoedeisende hulp van het ziekenhuis met je hoopje kind van 11 weken oud. Net voor het avondeten zag ze ineens erg wit en begon ze een beetje te pruttelen. Toen begon het overgeven. 
Wit weggetrokken en slapjes hing ze tegen me aan. Ons lieve meisje.
Dan weer ineens een aangespannen buik, schouders naar achter en de voeding van de middag kwam er weer uit.

Soms kan je even niks anders doen dan je overgeven aan de situatie. Hoe moeilijk dat ook is. Want je hebt niet op alles invloed, al wil je dat nog zo graag. 
Klinkt heel cryptisch allemaal, maar daar heb ik veel over nagedacht de afgelopen week. Mijn mama superpowers waren niet voldoende in het ziekenhuis.

Binnen een paar uur zagen we dat vrolijke brabbelende meisje veranderen. Geen glimlachjes meer, maar een kindje wat niet meer haar eigen hoofd rechtop kon houden. 
Ook in het ziekenhuis zagen ze direct dat er iets mis was met Emma. Maar wat?

Onderzoeken

In het ziekenhuis zijn erg veel onderzoeken gedaan. Röntgenfoto’s, een echo, meerdere keren bloedprikken en uiteindelijk ook even een katheter.
Emma was zo verzwakt dat ze niet meer zelf kon eten, daarom kreeg ze een sonde.
Ook werd er een infuus in haar kleine handje geprikt voor het toedienen van antibiotica. Er werd namelijk gedacht aan een infectie.

Vrij snel werd duidelijk dat we een paar dagen moesten blijven in het ziekenhuis. Ook ’s nachts werd er antibiotica toegediend en in de ochtend daarna werd er weer wat bloed afgenomen bij Emma.
Weer een prik. Weer een bleek en vermoeid babygezichtje. Weer sonde voeding. Weer dat gevoel van onmacht.

We hebben ontzettend veel verschillende mensen gezien, artsen, assistenten en verpleging. Elk van hen had niet alleen aandacht voor Emma, maar ook voor ons. Alles wat werd gedaan werd goed uitgelegd en we werden goed ondersteund. 

Binnen de klapdeuren van de afdeling mag elke emotie en elk gevoel. Je hoeft je niet groot te houden, we zijn hier om ook jullie te helpen.

Door alle stress en emoties raakte ik ook steeds meer vermoeid. Na de 2e nacht werd ik rillend van de kou wakker. Ook een extra deken hielp niet. Toen ook bij mij het overgeven begon kreeg ik van het ziekenhuispersoneel de suggestie om zelf maar naar huis te gaan.

Achterlaten

Huilend verliet ik het ziekenhuis. Alles in mijn lijf schreeuwde dat ik bij Emma en Hubby moest blijven. Maar ik wist ook; Ik trek dit niet meer.
Gelukkig bracht mijn schoonmoeder me naar huis, want ik had niet zelf kunnen rijden.
Iedere kilometer richting huis was een reminder dat ik nog nooit zo ver van Emma vandaan was geweest.

Natuurlijk had ik echt wel het vertrouwen dat Emma in goede handen was in het ziekenhuis. Bovendien bleef Dirk bij haar. 

Maar man… Wat voelde ik me een gefaalde en vooral hopeloze moeder.

Na een tijdje thuis te zijn geweest trok dat gevoel iets weg. Ik sliep korte periodes ontzettend diep. Toen ik rillend in slaap viel en zwetend wakker werd besloot ik de thermometer te pakken. Ik bleek bijna 40 graden koorts te hebben.

Ik heb nog even gebeld met mijn ouders die op dat moment op vakantie waren. Ik ratelde maar door over hoe verschrikkelijk het was om te zien hoe mijn kleine meisje zo lusteloos was en al die onderzoeken moest ondergaan.
Door het antwoord van mijn moeder: “Geloof me, ik weet precies hoe dat voelt” realiseerde ik me…

“Oh ja, ik was een couveuse baby. Als er 2 mensen in mijn leven zijn die absoluut weten hoe het is om hun jonge dochter in het ziekenhuis te zien, dan zijn dat mijn ouders.”

Mijn schoonmoeder bleef bij mij in huis om mij een beetje te kunnen helpen. Heel lief kwam ze nog een heerlijke beker bouillon brengen. Snel kroop ik weer in bed, want om bij Emma te kunnen zijn moest ik eerst zelf beter worden. 

Wisseling van de wacht

De dag daarna voelde ik me een stuk beter. Ik kon zelfs alweer een beetje eten. Met nieuwe energie en schone kleding in de tas vertrokken mijn schoonmoeder en ik naar het ziekenhuis.
Daar aangekomen zag ik een beetje opgewekte baby met wat meer kleur op haar gezichtje.

Op het bed zat Dirk. Te rillen in een wrap van 2 dekens. Overgeven en koorts. Tijd voor een wisseling van de wacht.

Ondertussen knapte Emma steeds meer op en hoefde ze steeds minder vaak voeding via de sonde te krijgen omdat ze haar flesjes zelf leegdronk.
Af en toe kwam er weer gebrabbel uit het bedje en ook de glimlachjes kwamen weer tevoorschijn.

Uiteindelijk kwam op dag 4 de uitslag van een laatste onderzoek; het was geen infectie. De antibiotica kon gelijk gestopt worden en het infuus werd eruit gehaald. Hierna zijn we nog een nacht gebleven zodat Emma echt kon aansterken. Maar sonde voeding bleek niet meer nodig te zijn. Ze deed het fantastisch op eigen kracht.

’s Ochtends bleek dat Emma zowel de pleister van het infuus en haar bandje van het ziekenhuis had afgedaan. Een signaal dat ze zich beter voelde?

Naar huis

Die middag kon ik de zieke Dirk bellen met het goede nieuws, de dokter was langs geweest voor een laatste check. Alle onderzoeken in orde, alle uitslagen goed. Emma was beter en sterk genoeg om mee te gaan naar huis.

Al voor ik uitgesproken was hoorde ik Dirk al uit bed springen om zich aan te kleden en ons op te halen.

Voor de 2e keer in korte tijd gingen we het ziekenhuis in Gouda uit. De eerste keer werd ik nog in een rolstoel gereden na de bevalling, maar nu kon ik zelf lopen en was Emma al een stuk groter.

Nu maar even niet meer terugkomen in het Groene Hart Ziekenhuis.

Lekker met z’n drietjes naar huis.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *